Rechter doet begin september uitspraak in kort geding tegen Topbloemen
Afgelopen vrijdag, 23 augustus, diende het kort geding van VBW tegen Topbloemen. In het bijzijn van van een aantal bloemisten werd de zaak van beide kanten belicht. Tijdens een door de rechter opgelegde schorsing vonden de twee partijen geen toenadering en bleven de standpunten ver uit elkaar liggen.
De rechter zal nu op 6 september aanstaanden uitspraak doen over de door VBW gevraagde standpunten op gebied van ordergarantie, het behoud van inkoopvoordelen en het opheffen van exclusiviteit.
VBW heeft het kort geding aangespannen nadat eerder gepoogd is om met Topbloemen tot nadere afstemming te komen. "Dit overleg heeft helaas niet het beoogde resultaat opgeleverd, waardoor een rechtsgang onvermijdelijk is."
De inzet van het kort geding is 3-ledig: Allereerst wil VBW dat de exclusieve samenwerking met Topbloemen tot einde looptijd contract opgezegd wordt. Daarnaast wil het een ordergarantie tot einde looptijd contract van 80 procent van de orders van de afgelopen 12 maanden. En het wil een behoud van de margegarantie van 50 procent en overige overeengekomen inkoopvoordelen.
Op 3 juni van dit jaar heeft Topbloemen naar de bij haar aangesloten premium-A-bloemisten gecommuniceerd dat uiterlijk per 30 juni 2025 (liefst eerder) de samenwerking stopt. Dit omdat Topbloemen zelf de productie en distributie van boeketten/sierteeltorders gaat organiseren en uitvoeren middels 9 regionale distributiecentra. Tegelijkertijd zullen per 1 januari 2025 de eerder overeengekomen inkoopvoordelen, met onder andere een bruto marge garantie van 50 procent en een orderbijdrage van 2 euro volgens Topbloemen gaan stoppen.
Deze boodschap kwam rauw op het dak van de aangesloten ondernemers, waarbij sommigen zich volledig hebben toegelegd op de samenwerking met Topbloemen en straks 100 procent van hun omzet zien verdampen.
Leandra de Boef | 26-08-24 |
|